Wat we doen
De vogelopvang verzorgt in het wild levende vogels die door menselijk toedoen in de problemen zijn gekomen. Dit kan van alles zijn: denk aan het verkeer, katten en honden, visdraad en haak, ramen, vergif en mishandeling. Omdat de opvang tevens een kustopvang is, krijgen wij ieder jaar opnieuw tientallen olieslachtoffers.
De vogelopvang De Wulp heeft een beschikking gekregen van de Provincie Zuid-Holland betreffende een ontheffing genoemd in de Wet natuurbescherming die op 1 januari 2017 is ingegaan, onder nummer 00485266. Bovendien is de opvang aangesloten bij SON-Respons.
Benieuwd?
Voorjaar
In het voorjaar wordt de opvang ingericht als crèche voor jonge vogels. Meestal zijn jonge eendjes en jonge duiven de eersten. Eendenmoeders worden bijvoorbeeld nogal eens slachtoffer van het verkeer. Al snel komen vele andere soorten jongen in de problemen en worden ze naar de opvang gebracht. In het voorjaar gaat men massaal in tuinen snoeien en kappen met als gevolg dat nesten verstoord worden.
Op het zuiden gehangen nestkastjes zorgen voor oververhitting voor bijvoorbeeld koolmeesjes en pimpelmeesjes. Jonge merels, heggenmusjes en roodborsten zijn vaak het slachtoffer van loslopende katten. Kauwen, eksters en blauwe reigers vallen uit hun hoge nesten. Ook wordt er vaak ten onrechte een jonge vogel opgeraapt door bezorgde, ongeïnformeerde mensen omdat de vogelouders zich niet in nabijheid van het jong laten zien.
Veel van de jonge vogels dienen elk uur gevoerd en verschoond te worden, totdat ze voor zichzelf kunnen zorgen. Watervogels krijgen gelegenheid te baden om hun verenpak waterdicht te krijgen. Andere jonge vogels gaan zodra ze zelf kunnen eten naar een grotere volière zodat ze kunnen oefenen met vliegen
Zomer
De zomer brengt veel botulisme slachtoffers. Hun maag-darmkanaal wordt ieder uur gespoeld met water om de gifafscheidende bacterieën uit hun lijf te krijgen.
Er worden nog altijd jonge vogels aangetroffen in tuinen en op balkons.
In deze tijd worden er ook veel jonge zilver- en kleine mantelmeeuwen gebracht. Door hun aanhoudende, piepende gebedel hebben veel Hagenaars een hekel aan deze vogels. Deze aandoenlijke, van het dak gevallen kleintjes, groeien op in het asiel tot prachtige, zelfstandige meeuwen.
Herfst
In de herfst gaan de trekvogels op reis en worden er uitgeputte vogels binnengebracht. Ineens komen er goudhaantjes binnen, een vogel die de rest van het jaar praktisch onzichtbaar is. Voor ons is het de tijd van de raamslachtoffers en gewonde jonge knobbelzwanen. Deze laatste moeten leren vliegen en een eigen territorium zoeken. Ze ondervinden hinder van bovenleidingen en van het verkeer. Dat levert soms gebroken heupen en poten op, die worden gespalkt en na enkele weken rust komt dit meestal wel weer goed. Grote wonden kunnen bij ons worden gehecht. Houtsnippen vliegen massaal tegen ramen aan en komen, soms met akelige verwondingen aan hun kop, in groten getale binnen.
Na een fikse storm komen er nog al eens strand- en zeevogels binnen; Noordse stormvogel, alk en jan van gent. Wanneer de jan van genten aan de beterende hand zijn, worden ze naar Eco Mare op Texel gebracht. Daar beschikt men over zeewaterbasins en soortgenoten.
Winter
De winter is de tijd van de hongerige, verzwakte en vaak ook zieke vogels. Wanneer in het voorjaar de zon laag staat, schitteren de ramen van de kassen in het Westland als het wateroppervlak. Zwanen vergissen zich dan nog al eens en vliegen er dwars doorheen. Dat levert afschuwelijke verwondingen op en een aantal overleeft deze klap niet.
Slachtoffers
Het hele jaar door worden er vishaakslachtoffers binnengebracht.
De vishaken zijn ingeslikt of zitten vast in poten of vleugels. Ook vislijnen of andere soorten draad zorgen voor de nodige ellende. De hierdoor veroorzaakte verwondingen en beknellingen zijn vaak niet om aan te zien. Verkeersslachtoffers zien we het hele jaar door evenals de zwanen die tegen de bovenleiding van de tram zijn aangevlogen. Brandweer en dierenambulance moeten soms halsbrekende toeren uithalen om ze te bevrijden.
Roofvogels
Roofvogels zijn naast verkeersslachtoffer soms ook slachtoffer van vergiftiging. Om te revalideren gaan de roofvogels naar andere opvangcentra met gepaste uitwenvoliere. Ondanks dat in vele gevallen het gebruik van lijmplanken voor het vangen van muizen verboden is, komen nog steeds regelmatig vogels op deze manier in zware problemen. Tot slot zijn er nog de treurige slachtoffers van pesterijen en mishandeling. Met verf of olie overgoten, hagel of dartpijlen doorzeeft, bekogeld door stenen en alles wat de mens voor narigheid kan bedenken, passeert onze handen. Wanneer het slachtoffer niet meer te redden is, wordt het snel en pijnloos uit zijn lijden verlost.